Leerdoelen behaald binnen het project "Art Nouveau"

1. Basisvaardigheden (LPD 1)

Kwaliteitsbewust en precies werken: In elke fase van het project, van schetsen tot de digitale uitwerking en webblog, wordt van de leerlingen nauwkeurigheid verwacht. Dit kwaliteitsbewustzijn geldt ook voor het vastleggen van hun ontwerpproces.
Ergonomisch en veilig werken: Leerlingen leren ergonomische principes toe te passen tijdens hun werkproces, zoals het instellen van een goede werkhouding, regelmatig pauzeren en het ergonomisch inrichten van hun werkplek om vermoeidheid te verminderen en een veilige werkomgeving te bevorderen.
Teamwerk en communicatie: Leerlingen leren samenwerken en communiceren over hun ontwerpideeën, wat hun organisatiecultuur en professionele procedures versterkt.

2. Voorbereiding en creatieve conceptontwikkeling (LPD 2, LPD 5, BK 6)

Conceptontwikkeling en zelfexpressie: Leerlingen verkennen natuurlijke vormen en kunststromingen als inspiratiebron voor een uniek visueel concept. Ze worden aangespoord om hun creatieve ideeën om te zetten in een samenhangend ontwerp.
Onderzoek en documentatie: Via het bezoek aan de plantentuin, moodboards en kleurstudies verzamelen leerlingen visueel materiaal en inspiratie, waarbij ze gebruikmaken van databanken en bronnen. Het bijhouden van een blog helpt hen bij het vastleggen en reflecteren op hun ideeën.
Schetsen en voorstudies maken: Het schetsproces is een essentieel onderdeel waarbij leerlingen op papier hun ideeën visueel verkennen en experimenteren met verschillende lay-outopties voor het doosje. Analoge schetsen en voorstudies helpen om het idee tot leven te brengen.

3. Lay-out en ontwerp (LPD 8, LPD 9, LPD 10, LPD 11)

Structuur en lay-out: Leerlingen leren lay-outprincipes zoals hiërarchie, consistentie, uitlijning en balans toe te passen, wat hen helpt bij het ontwerpen van een aantrekkelijk doosje.
Kleur- en vormgebruik: Door middel van kleurstudies ontwikkelen leerlingen een evenwichtig kleurenpalet, gebaseerd op kleurharmonieën, dat hun concept versterkt. Ze gebruiken contrasten zoals warm-koud en licht-donker om hun ontwerp te verrijken.
Typografie en hiërarchie: Ze kiezen een passend lettertype dat natuurlijke vormen weerspiegelt, en passen typografische hiërarchie toe om informatie op een overzichtelijke manier te presenteren.
Integratie van visuele elementen: Ze leren hoe ze organische vormen kunnen verwerken in hun ontwerpen, geïnspireerd door kunststromingen als Art Nouveau, Abstract Expressionisme en biomorfisch design.

4. Beeld en illustratie (LPD 13, LPD 14, BK 7, BK 8)

Illustratie en beeldbewerking: Ze werken in Adobe Illustrator om natuurlijke vormen en structuren om te zetten in digitale illustraties.
Fotografie en compositie: Het maken van foto’s in de plantentuin biedt hen materiaal voor referentie en inspiratie voor het ontwerp.
Afbeeldingsresolutie en bestandsbeheer: Leerlingen leren afbeeldingen correct te beheren en op te slaan voor zowel digitale als drukoutput.

5. HTML en CSS (Webblog) (LPD 18, BK 12, LPD 19)

HTML voor structureren van content: Leerlingen gebruiken HTML om hun blog op te zetten en organiseren hun tekst en afbeeldingen op een gestructureerde manier met gebruik van basistags.
CSS voor styling: Ze passen CSS toe om de visuele opmaak van hun blog te personaliseren en af te stemmen op hun ontwerpstijl, waarbij ze werken met CSS-selectors en eigenschappen om de inhoud visueel aantrekkelijk te maken.
Documentatie en reflectie: De blog wordt regelmatig bijgewerkt en dient als documentatie van hun creatieve proces, met visuele updates en reflectie over hun ontwerpkeuzes.

6. Opmaak en typografische structuur (LPD 15, LPD 16, LPD 19)

Toepassing van alinea- en tekenstijlen: Ze passen alinea- en tekenstijlen toe in hun ontwerp, zowel op papier als in digitale vorm, wat zorgt voor een consistente en leesbare lay-out.
Typografische hiërarchie en tekstbeeld: Door hiërarchisch gebruik van lettergroottes en gewichten in de tekst kunnen leerlingen de leesbaarheid verbeteren en belangrijke informatie benadrukken, waarbij ze ook aandacht besteden aan tekstbeeld in functie van doel en doelgroep.

7. Output en technische vaardigheden (LPD 21, LPD 22)

Exporteren en bestandsbeheer: Leerlingen leren hun ontwerpen correct op te slaan en te exporteren in een geschikt formaat voor zowel digitale presentatie als fysieke afdrukken, met aandacht voor bestandsformaten.
Drukklaar maken van het ontwerp: Het doosje wordt voorbereid met technische aspecten zoals afloop, snijtekens en kleurschema’s om een professionele printkwaliteit te waarborgen.

8. Product en naamgeving (LPD 3, LPD 4)

Naamgeving en branding: Door het kiezen van een product en het ontwikkelen van een merknaam, leren leerlingen over branding en positionering.
Marktonderzoek: Door onderzoek naar bedrijven met vergelijkbare producten leren ze marktstrategieën en succesvolle verpakkingsontwerpen herkennen en toepassen.

9. Blog en documentatie van het ontwerpproces (BK 6, LPD 5)

Documentatie van het creatieve proces: De blog biedt een platform waar leerlingen hun creatieve proces in detail vastleggen.
Regelmatige updates en reflectie: Leerlingen reflecteren op hun ontwerpkeuzes, ontvangen feedback en passen hun werk aan waar nodig.

10. Kunstbeschouwing en culturele reflectie (LPD 24)

Analyse van kunststromingen: Door stijlen zoals Art Nouveau en biomorfisch design te bestuderen, begrijpen leerlingen hoe kunsthistorische contexten design kunnen beïnvloeden.
Reflectie op culturele invloeden: Ze leren hoe cultuur, geschiedenis en maatschappelijke context een rol spelen in het ontwerp en vertalen deze inzichten naar hun eigen werk.

Conclusie

Dit project combineert natuurlijke inspiratie met kunstzinnige en technische vaardigheden. Door schetsen, werken met Adobe Illustrator, HTML, CSS, en bloggen, ontwikkelen leerlingen een dieper begrip van grafisch ontwerp en webdesign. Dit project helpt hen om professionele vaardigheden te ontwikkelen en leert hen hoe ze natuurlijke en culturele elementen kunnen integreren in visueel aantrekkelijke en functionele verpakkingen.